Is chemische behandeling van water écht zo belangrijk?

Indien het water dat de dieren drinken bacteriologische niet in orde is wordt er snel overgegaan tot het ontsmetten van het drinkwater dmv een erkende biocide (PTO5). Vaak zien we dat het resultaat niet leidt tot tevredenheid van de veehouder. Hoe komt dit? 

1. Het biocide is meestal een oxidator op basis van waterstofperoxide of chloordioxide. Deze oxidator zal oxideren op alles wat oxideerbaar is. Eén van die stoffen die oxideerbaar is, is ijzer. Ijzer komt voor in twee vormen: Fe²⁺ en Fe³⁺. Het tweewaardig ijzer (Fe²⁺)  is opgelost en kleurloos. Het driewaardig ijzer (Fe³⁺) is geel/bruin en slaat neer. Dit proces noemen we oxideren (of roesten van ijzer). Het hoogwaardig biocide zal dus niet alleen werken op de bacteriologische besmetting maar ook op de andere oxideerbare stoffen, dus ook het ijzer. 
2. Door het ontsmetten van het drinkwater is de biofilm niet weg. De biofilm is de lijm waar de bacteriën zich aan hechten. De oorzaak van de bacteriologische groei wordt hiermee dus niet weggenomen. 
3. Water wat chemisch niet op orde is, is vaak aanleiding voor:

• Smaakafwijkingen met als gevolg minder goede drinkwateropname, minder voeropname en verminderde prestaties. 
• Minder goede nutriënten opname. 
• Belastende werking om de omzetting in het lichaam tot zelf giftig. 

Een goede drinkwaterbehandeling bestaat er in om éérst het water chemisch op orde te zetten, daarna bacteriologisch.